Is jullie business nog steeds hetzelfde, als toen jullie begonnen?

“Die is wel hetzelfde gebleven, maar is wel uitgebreid”, zegt Peter. “Wij zijn nog steeds producent van Mie. In een later stadium zijn wij pasta’s gaan importeren. Onze core business is 40% eigen productie en 60% kopen wij in. Wij produceren authentieke walsmie die wij leveren aan Chinese restaurants, snack en maaltijden industrie. Wij hebben ook een kookafdeling waar wij producten voorkoken, voordat deze door de klant worden geassembleerd. De pasta’s worden nu nog ingekocht, maar in de nieuwe vestiging gaan wij zelf pasta’s maken.”

Waar zijn jullie het meeste trots op?

“Wij zijn het meest trots op de hele historie hoe alles zo is gegroeid. Persoonlijk”, zegt Peter. “Dat ik het familiebedrijf heb kunnen doorzetten in soms moeilijke tijden. Met name na de periode nadat mijn zuster en trouwe businesspartner door een ernstige ziekte wegviel. Natuurlijk ben ik ook heel erg trots op Genet die het familiebedrijf misschien ooit gaat voortzetten. Met de nieuwe uitdaging van het nieuwe pand aan de Ossenboer in Enschede in het vooruitzicht.”

Wat zou je, met de kennis die je nu hebt, zeker anders doen?

“We hadden vertrouwen in een persoon voor de productie en distributie van kroepoek. Ondanks onze investeringen en de afspraak die wij met hem hadden, liet hij ons in de steek toen het bij de bank erop aankwam. Uiteindelijk is hij het zelf gaan doen. Hier leer je van, maar zal ons niet opnieuw overkomen. Zoals het gezegde gaat: ‘schoenmaker, blijf bij je leest’. We hebben deze les ter harte genomen.”

Welke waardevolle inzichten zou je van andere familiebedrijven willen ontvangen?

“Wij zitten nu midden in een transitie van een midden- en kleinbedrijf naar een groot bedrijf. Je moet heel goed kijken hoe je bepaalde zaken goed regelt. Hoe je bepaalde zaken managet. Ik ben zeker een type die graag deskundigheid en ervaring in huis haalt, die ik zelf niet heb. Ik zou wel graag weten hoe dit bij andere familiebedrijven is gegaan.”

Wat zien je als de voornaamste valkuil van een familiebedrijf?

“Ik ben direct vanaf het begin van mijn werkzame leven bij het familiebedrijf betrokken. Eigenlijk zou het beter zijn geweest als ik mijn eerste 5 à 10 jaar bij een ander bedrijf ervaring zou hebben opgedaan. Dat is wel het nadeel dat je alleen je eigen familiebedrijf hebt gezien. Dat kan ook een valkuil zijn wanneer je geen ervaring van buiten hebt opgedaan. Het is ook belangrijk privé en zakelijk van elkaar te kunnen scheiden. Ik heb met Genet daar goed over gesproken. Persoonlijk kan ik het heel goed scheiden van elkaar.”

Wat zijn verdere ambities en toekomstperspectief?

“Het voornemen is om de pasta niet meer in te kopen, maar zelf te maken. Natuurlijk is het nu de nieuwe fabriek waar wij ons op richten. Uiteindelijk willen wij groeien om een Europese autoriteit te worden van Mie en pasta’s, zowel ongekookt als gekookt. Wij zijn ook van plan verse noedels te produceren. Met de nieuwbouw gaat een investering van 8 miljoen gemoeid en het is een mooie stap. Het is de passie van ons familiebedrijf; hier borgen wij de toekomst van ons familiebedrijf.”

Wat zou je andere Familiebedrijven willen meegeven?

“Zoals reeds gezegd: ‘Schoenmaker, blijf bij je leest.’ Daarbij is het belangrijk je familieverhalen te blijven vertellen. In onze Cook & Wok-studio, dat is onze presentatiestudio, doen wij dat. Daar wordt het hele verhaal verteld en staat ons eerste machientje. Hiermee voeg je aan jouw product meer waarde toe. Breng je familiestory op de bühne bij je klanten, dan heb je ze voor je gewonnen.”